Patiënten met anorexia nervosa die een succesvolle behandeling hebben afgerond, krijgen regelmatig te maken met een terugval. Onderzoek wijst uit dat het hier gemiddeld om 31% van de patiënten gaat. Een onderwerp dat onderzoekster Tamara Berends, van het lectoraat zorg & innovatie in de psychiatrie aan het hart gaat. Ze doet dan ook onderzoek naar terugvalpreventie bij anorexia nervosa.

“Terugval is een veelvoorkomend probleem onder patiënten met deze ziekte. De periode waarin het hoogste risico op terugval ligt is 1, oplopend tot 2 jaar na ontslag. Dat is ook zichtbaar geweest in de dagelijkse praktijk bij Altrecht Eetstoornissen Rintveld.. Dat ik dit in de praktijk zag, heeft ervoor gezorgd dat ik wilde onderzoeken en bedenken hoe we onze patiënten, en hun direct betrokkenen, daarin beter zouden kunnen ondersteunen”.

Noodzaak onderzoek voor dagelijkse praktijk

“In de Zorgstandaard Eetstoornissen (2017) wordt benoemd dat het werken aan terugvalpreventie noodzakelijk is, in de praktijk waren daar vrijwel geen handvaten voor. Daarom ontwikkelden wij (Rintveld in samenwerking met de Hogeschool InHolland) de Richtlijn Terugvalpreventie Anorexia Nervosa. Deze werkwijze is geïmplementeerd in de dagelijkse praktijk op Altrecht Eetstoornissen Rintveld. Patiënten die behandeld worden voor anorexia nervosa met als doel herstel van deze eetstoornis werken aan het eind van hun behandeling aan een werkboek terugvalpreventie en worden in een APK-traject (Anorexia Periodieke Keuring) laag frequent gecheckt na afronden van de behandeling. Dit APK-traject duurt 18 maanden en kan uitgebreid worden tot 5 jaar indien noodzakelijk”.

Lectoraat

Zorg & innovatie