In de media: Kerstens en Schulz presenteren rapport over online gedrag onder jongeren

Afbeelding
Digitaal doolhof, online

Vanuit de crossover Digital Citizenship – een samenwerking tussen de onderzoeksgroep Cybersafety (Thorbecke Academie) en het lectoraat Organisations and Social Media (Creative Business) – is het rapport 'Digitaal doolhof' verschenen: een onderzoek naar online gedrag, online incidenten en online wijsheid onder scholieren in Leeuwarden. De Leeuwarder Courant sprak onderzoekers Joyce Kerstens en Deike Schulz over de resultaten.

Uit: Leeuwarder Courant (12 september 2023). Door: José Hulsing

Kleine criminele klusjes uitvoeren om snel geld te verdienen. Ongeveer 1 op de 16 jongeren in Leeuwarden zegt dit wel eens te doen. ‘Ik had nog keta en dat verkoop ik dan.’

Dit is een van de uitkomsten - ‘het meest urgente probleem’- uit een onderzoek van NHL Stenden naar online gedrag, digitale incidenten en mediawijsheid onder 1432 jongeren uit het voorgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs in Leeuwarden. Hiervan geeft 6,4 procent zelf aan zich wel eens op het criminele pad te begeven. Dit zijn meer jongens (9,4 procent) dan meisjes (4,1 procent).

Het is een zorgwekkende bevinding, stellen de lectoren Joyce Kerstens en Deike Schulz die het onderzoek uitvoerden. ,,Het betekent dat in elke klas gemiddeld genomen wel een klein crimineeltje zit’’, stelt Kerstens. ,,Ze worden vaak via een berichtje op sociale media benaderd of ze snel geld willen verdienen. Kleine criminele klusjes als wiet toppen lijken voor sommige jongeren aantrekkelijker en laagdrempeliger dan vakken vullen in de supermarkt.’’

Drugshandel en doorverkopen van spullen

Gevraagd naar de aard van de klussen hebben 39 van de ondervraagde jongeren verklapt wat ze precies deden. Het merendeel van de antwoorden heeft betrekking op drugshandel: het kweken van wiet, drugs rondbrengen en/of verkopen. Ook genoemd is het doorverkopen van spullen: ‘ik had nog keta en dat verkoop ik dan’, ‘sigaretten verkopen aan minderjarigen’ of ‘m’n eigen Ritalin doorverkocht’.

Het percentage van 6,4 procent betreft ‘zelf gerapporteerd daderschap’, jongeren die zelf informatie geven over hun deelname aan criminele activiteiten. Volgens Kerstens zorgt dit meestal voor onderrapportage. ,,Het zijn er feitelijk nog meer. Niet iedereen zal crimineel gedrag zelf melden, ook al is het anoniem.’’

Om een accurater beeld te krijgen is de scholieren en studenten gevraagd of ze weten of medeleerlingen wel eens criminele klussen doen: een kwart geeft hier een bevestigend antwoord op.

Voorkomen dat kleine jongens grote criminelen worden

Binnenkort bespreken Kerstens en Schulz de resultaten van hun onderzoek bij het RIEC (Regionale Informatie- en Expertise Centra), die overheden en instellingen bijstaat om ondermijning te stoppen. ,,Wij moeten voorkomen dat kleine jongens grote criminelen worden.’’ In het rapport adviseren ze om de expertise over online criminaliteit op scholen te vergroten. Bij docenten én bij hun leerlingen. De gemeente Leeuwarden, opdrachtgever van het onderzoek, meldt de uitkomsten nader te gaan bestuderen. Het rapport wordt gebruikt om nieuw beleid te ontwikkelen.

Online risico's signaleren en voorkomen

Het onderzoek naar online gedrag, digitale incidenten en mediawijsheid is uitgevoerd op Aeres (vmbo) en De Dyk (vmbo en havo) en vier locaties van mbo-instelling Firda, in opdracht van de afdeling openbare orde en veiligheid van de gemeente Leeuwarden. In 128 groepen heeft een klassikale afname van een online vragenlijst plaatsgevonden onder begeleiding van Tim Welvaadt en Michiel van Bruggen, twee studenten van NHL Stenden. Het doel: ‘het tijdig signaleren van online risico’s en het voorkomen van online incidenten door adequate informatie en gerichte maatregelen’.

Jongeren zien vooral de positieve kanten van sociale media, blijkt uit het onderzoek. Hun zorgen gaan vooral over nepinformatie, pesten en haatzaaien. 1 op de 5 jongeren vertoont symptomen van verslaving, obsessief en ontregelend internetgebruik. 1 op de 10 jongeren heeft te maken met (cyber)pesten. Ook ongewenst seksueel gedrag komt nog veel voor. ,,Het zorgwekkende hierbij is dat het als redelijk normaal wordt gezien’’, zegt lector Deike Schulz.

Uit het onderzoek blijkt dat jongeren bij online incidenten en problemen vooral contact en advies zoeken bij leeftijdsgenoten. Schulz en mede-onderzoeker Joyce Kerstens pleiten daarom voor het instellen van een Junior Digital Taskforce: jongeren die, geschoold en getraind door experts, hun kennis over online veiligheid en mediawijsheid als buddies delen op scholen.